KERVEL ZAAIEN

Kervel vraagt om een vochtige, goed doorlaatbare en humusrijke grond en een licht beschaduwde plaats in de zomer. Werk op een arme grond een matige hoeveelheid compost in voor de teelt. Kervel kan heel goed in potten en bakken geteeld worden.

Kervel kan je zaaien vanaf maart tot half september. Je kan om de drie weken in de open lucht ter plaatse zaaien. Onder koud glas kan al gezaaid worden vanaf februari en nog eens voor een winterteelt eind september of oktober. Zaai de zaadjes op 1 cm onderlinge afstand, rijafstand 20 cm. Door de kervel te dicht bij elkaar te zaaien blijven de plantjes klein en bleek, en wordt de kervel minder smaakvol. Vergeet het zaaibed niet vochtig te houden!

Houd de bodem in de zomer goed vochtig. Kervel verdraagt enkele graden vorst, maar bij strengere vorst is beschutting nodig.

Snijd vanaf zes weken na het zaaien naar behoefte de plantjes af, zo’n 5 cm boven de grond. Je zal dan nog een één of twee keer kunnen oogsten. Als de bloemstengels verschijnen moet je stoppen met oogsten, de smaak is anders niet meer zo goed.

Zorg dat je voor de winterteelt voldoende zaait, zo heb je verse kervel tot in het vroege voorjaar. Verse kervel is kwetsbaar om te bewaren, doe dit op een koele plaats. Gedroogde kervel verliest veel van zijn aroma. Invriezen is aanbevolen.